Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zondag 2 november 2014

Het Filosofisch Kwintet over financiële ongelijkheid in Nederland, 31 oktober 2014





Over de bewegingen van het grootkapitaal en onze houding daar tegenover

In de ingelaste uitzending van Het Filosofisch Kwintet vanwege de vertaling van de spraakmakende boek van Thomas Piketty in het Nederlands - en diens komst op uitnodiging van Groen Links later deze week naar de Tweede Kamer - praten Clairy Polak en side-kick Ad Verbrugge met historisch econoom Bas van Bavel, filosofe en econome Ingrid Robeyns, en politicoloog Robin Fransman.

Robeyns vat vooraf het gedachtegoed van Piketty, neergelegd in Kapitaal in de 21ste eeuw, in twee zinnen samen. Maatschappelijke ontwikkeling gaat volgens Piketty niet automatisch samen met minder ongelijkheid. Er is daarbij verschil tussen inkomens- en vermogensongelijkheid. De laatste neemt, na stabilisatie in de tweede helft van de vorige eeuw, weer zodanig toe, dat Van Bavel zich later in het gesprek zal afvragen of ongelijkheid niet in het systeem ingebakken zit en de tijd na de Tweede Wereldoorlog een uitzondering was.

Polak komt zoals gebruikelijk met een voorbeeld waarop de gasten mogen reageren. Dat is dit keer de verkoop van het bedrijf Endemol zonder dat daar, net als tijdens de opbouw van het bedrijf, belasting over betaald hoefde te worden.  
Fransman ziet daarin nog steeds een ontkenningsfase van Nederland, dat ondernemingsvermogen nauwelijks belast of meet, terwijl het gaat om 200.000 huishoudens, zo’n drie à vier procent van de bevolking. Door deze onttrekking van het vermogen vermindert de koopkracht en moet de belastingdienst harder werken om genoeg geld binnen te halen, met als gevolg dat het systeem dreigt vast te lopen.  
Van Bavel deed eerder onderzoek naar ongelijkheid en stelt vast dat grote vermogens het hardst groeien.
Robeyns zegt, in een reactie op Polak, dat ondernemingen niet altijd voor banen zorgen. In een sociaal contract wordt bepaald hoe de economische groei tussen kapitaal en arbeid verdeeld wordt. Dit gebeurt in een politiek debat.
Verbrugge stelt dat het vermogen van Endemol c.s. in families terecht komt en dat de groeiende vermogensaanwas morele consequenties heeft, in de zin dat de rijken meer invloed opeisen.

Polak stelt vast dat door de grotere ongelijkheid de deelname aan het onderwijs, de zorg en de juridische bijstand voor grote groepen in de knel komt omdat de elite het beste van het publieke domein voor zich opeist.
Robeyns zegt dat de elite allerlei lobby’s heeft om de eigen belangen veilig te stellen. Ze hebben toegang tot privéscholen om de toekomst van hun kroost te garanderen. De aard van het onderwijs verandert van een publiek goed in een investering in de toekomst. Ze zegt dat Piketty het primaat van de democratie voorop stelt.  
Fransman ziet wel iets in het verhogen van de lonen om de ongelijkheid te verminderen.
Verbrugge ziet een parallel met de gedachte van Marx over de opeenhoping van kapitaal. Eerder fungeerde de nationale staat als beschermer van de armen, maar die staat in tijden van globalisering machteloos. Soepel zwemmen de kapitaalstromen over de wereld. Nogal achteloos brengt hij de mogelijkheid van een oorlog in als middel om meer cohesie tussen de bevolkingsgroepen te krijgen.   
Volgens Van Bavel hoeft het zover niet te komen. Staten kunnen internationale afspraken met elkaar maken en op lokaal niveau kan men zich aansluiten in coöperaties. De elite die toch al niet bijdraagt aan de maatschappij, kunnen we missen als kiespijn.
Fransman wijst echter op de apathie van de burgers, die weinig protesteren tegen de macht van de elite. Hij ziet ook een verandering door de opstelling van het grootkapitaal zelf, dat ook niet gebaat is bij de huidige scheve inkomens- en vermogensontwikkeling, want zonder koopkracht valt de economie stil.

Zoals gebruikelijk sluit Verbrugge af, dit keer met een pleidooi voor collectieve verbondenheid en ons bewustzijn van de beperkingen van de aarde, die ons wellicht boven onszelf doet uitstijgen.

Hier meer over de uitzending en reacties op Facebook.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten