Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zondag 15 januari 2017

Het spoor naar Auschwitz (2016), documentaire van Gisèla Maillant en Frénk van der Linden


Vraag rond bombardement op spoorlijn naar Auschwitz blijft actueel

In de zomer van 2015, op het hoogtepunt van de komst van oorlogsvluchtelingen uit Syrië naar Europa, stelde paus Franciscus in Turijn de vraag waarom de geallieerden in de Tweede Wereldoorlog de spoorlijnen naar vernietigingskampen als Auschwitz-Birkenau in Polen niet kapot bombardeerden. Deze belangwekkende vraag is uitgangspunt van de documentaire Het spoor naar Auschwitz van filmmaakster Gisèla Maillant en journalist Frénk van der Linden. In drie kwartier laten ze een hele rij mensen aan het woord over hun mening over deze kwestie.

De 91-jarige Pool Eugeniusz Daczynski is de meest sprekende geïnterviewde, iemand die gemakkelijk gepast had in de documentaire film Shoah (1985) van Claude Lanzmann. Hij overleed nog voor de documentaire uitkwam en vertelt daarin dat hij als dwangarbeider in de fabriek van IG Farben de buurt van het crematorium werkte en de smaak van de zoete as op zijn lippen proefde. Het was voor hem onmiskenbaar dat daar mensen verbrand werden. Hij werkte samen met gevangenen die door de kapo’s geslagen werden tot ze hartverscheurend jankten, hetgeen hem nog steeds door merg en been gaat. De as van de slachtoffers werd in de rivier gegooid die alles wegvoerde.

Niet iedereen was zich bewust van de gruwelijkheden die door de nazi’s begaan werden. Frieda Menco werd met haar familie eerst naar Westerbork en later naar Auschwitz vervoerd. In Westerbork was men niet op de hoogte van de toestand in het oosten, maar de transporten die officieel naar werkkampen gingen, werden wel nagekeken met een zwaar gevoel in het lijf. Ze vertelt dat haar vader in Auschwitz op een dramatische wijze afscheid nam van zijn gezin en dat ze hem nooit meer terugzagen. Menco zegt dat het lot van de joden de Nederlandse regering en Wilhelmina niet interesseerde.

Een andere overlevende, Eva Schloss, vertelt over het vreselijke vervoer gedurende meerdere dagen in volgepakte veewagens. Zij moest in Auschwitz afscheid van haar moeder nemen. Volgens haar moet het niet zo moeilijk geweest zijn om een bom op de spoorlijn te gooien. Volgens Schloss waren ze de blanken de joden liever kwijt. Het ging erom de oorlog te winnen, de vernietiging van de joden was collateral damage.

Militair historicus Ivo de Jong legt uit dat in die tijd helemaal niet zo gemakkelijk was om precisiebombardementen uit te voeren. Het zelfs in die tijd onmogelijk naar Auschwitz en terug te vliegen. Een bombardement zou verder niet geholpen hebben omdat er andere lijnen beschikbaar waren en de nazi’s zouden gevangenen hebben ingeschakeld om de lijnen meteen te repareren.

Dirk Mulder, directeur van Herinneringscentrum Kamp Westerbork, eerder nog in beeld in de documentaire De claim van Ditteke Mensink over roofkunst in WO II, probeert te reconstrueren hoe de perceptie van mensen was over de praktijken in de vernietigingskampen. Zelfs de mensen die in Auschwitz werkten hadden geen idee dat de rook uit de schoorstenen van mensen afkomstig was. Het was ook onvoorstelbaar dat een heel volk op industriële wijze werd uitgeroeid. Hij zou graag een buffer ingesteld zien om dit soort ontsporingen in de toekomst te voorkomen.

Jaap van Duijn heeft een brief uit 1967 van zijn vader aan Lou de Jong van het NIOD gericht, waarin hij schrijft dat hij in 1942 naar de Joodse Raad ging om te vertellen over hetgeen hij op reis als tuinman in Auschwitz gezien had. In de Groene Amsterdammer van 3 mei 2000 staat het verhaal uitvoerig opgetekend. Van Duijn was zeer teleurgesteld dat hij niet werd geloofd. Een dergelijke teleurstelling kreeg ook de Poolse verzetsstrijder Jan Karski te verwerken die in Londen een ooggetuigenverslag uitbracht aan de Amerikaanse president Roosevelt en een rechter van het Amerikaanse gerechtshof. De laatste vertelde hem dat hij eenvoudig niet kon geloven dat zoiets mogelijk was.

Tijdens de Wannsee conferentie in januari 1942 werd besloten hoe het eerder genomen besluit om de joden te vernietigen, in praktijk te brengen. Rudolf Hess was een groot voorstander van het gebruik van Zyklon B, dat door Bayer geproduceerd werd. 21 januari a.s. is het vijfenzeventig jaar geleden dat de conferentie werd gehouden. Moge het een dag zijn waarin nagedacht wordt over een betere behandeling van oorlogsvluchtelingen. Dat zijn we aan het verleden wel verschuldigd.

Hier mijn bespreking van De claim, hier het verhaal van Van Duijn in De Groene Amsterdammer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten