Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



woensdag 14 juni 2017

Slavoj Zizek: The reality of the virtual (2004), documentaire van Ben Wright


Laciaans denkraam om de utopie opnieuw te verankeren

The reality of the virtual is geen documentaire in de gebruikelijke zin, maar de registratie van een rede die Slavoi Zizek op 11 december 2003 in Londen uitsprak. Hij komt daarin, in een vergelijkbare stijl als dit voorjaar in Amsterdam, namelijk met veel and so on and so on’s te spreken over het belang van de utopie. Dit is voor hem geen luchtfietserij waarbij men een fraaie maatschappij voor ogen tovert, maar een activiteit met een innerlijk noodzaak, die ook door rechtse mensen kan worden ondernomen. Zizek noemt de reis van Nixon naar China als voorbeeld maar vandaag de dag denk ik aan president Macron die alle wetten tart door het diep verdeelde Frankrijk op een heel andere manier te benaderen dan tot nu toe gebeurde. De geijkte tegenstellingen tussen platteland en stad, autochtonen en allochtonen, georganiseerde arbeiders en zelfstandigen worden door de nieuwe beweging anders bezien dan traditionele politici doet, al weet ik niet wat de marxistisch georiënteerde Zizek daarvan zal vinden.

Zizek maakt een onderscheid tussen de virtuele werkelijkheid en de werkelijkheid van het virtuele. Het tweede is heel wat interessanter dan het eerste, omdat het betrekking heeft op datgene wat nog niet bestaat. Hij onderscheidt naar Lacan drie vormen van virtualiteit, de imaginaire, de symbolische en de echte, waar het om tenslotte om gaat. De imaginaire uit zich in het beeld van de ander dat we verkrijgen nog voordat er nog contact sprake is, maar dat het contact wel structureert, de symbolische zien we in de macht van de vader of in ons geloof in Sinterklaas. In beide gevallen schrijven we aan de werkelijkheid een bepaalde betekenis toe die ons een helpt ons erin te te geloven. Als een vader teveel macht moet uitoefenen wordt het geloof erin ondergraven. De echte virtualiteit bestaat ook weer, zoals Lacan aan de hand van een driehoek voorstelde, uit drie componenten, het denkbeeldige echte, weerspiegeld in rampen die ons overkomen of monsters die ons pad kruisen, het symbolische echte, dat in wiskundige formules weergegeven wordt zoals in de kwantummechanica gebeurt, die zelfs geen voorstelling van de echtheid meer kan bieden en tenslotte het echte echte dat twee niveaus kent, het ene dat lijkt op het symbolisch echte en daarnaast het niveau van het echte echte. Zizek geeft het voorbeeld van een legereenheid dat allerlei rituelen kent zoals marsliederen maar daarin ook obsceniteiten uitdrukt. Om het laatste niveau verder uit te leggen verwijst hij naar de film The sound of music. Daarin lijkt het alsof romantische Oostenrijkers zich verzetten tegen de fascistische ideologie maar in werkelijkheid hangen ze die juist aan. Het echte echte neemt volgens Zizek vorm aan zoals een magneet deeltjes ijzer aantrekt. De vorm blijft abstract en bestaat niet in zichzelf.

Om dit laatste verder te verklaren haalt hij Donald Rumsfeld aan die vlak voor de inval in Irak in 2003 drie werkelijkheidsniveaus besprak: naast het bekende bekende, bijvoorbeeld in de uitspraak dat Saddam de president van Irak was, is er het bekende onbekende, zoals aangaande de hoeveel massawapens die Saddam bezat en het onbekende onbekende, dat bijvoorbeeld gaat over wapens van Saddam waar wij geen weet van hebben. Volgens Zizek vergat Rumsfeld het niveau van het onbekende bekende. Dat gaat over hetgeen we ons niet bewust zijn. Daarmee betreedt hij het niveau van het onbewuste, dat zich ook naar voren komt in trauma’s. De Wolvenman van Freud zag dat zijn ouders met elkaar naar bed gingen en kreeg daar later last van, zonder dat hij zich van de connectie bewust was. In de politiek zien we dit in het antisemitisme dat een projectie is van angsten van burgers. Het brengt hem op zijn kritiek op een verschillende invulling van moderniteit. Het probleem daarvan is dat de tegenspraak die in het begrip zit, erdoor verdonkeremaant wordt. Moderniteit is een formele categorie. Andere voorbeelden zijn het onderscheid tussen politiek links en rechts, sekseverschillen, de tegenstelling tussen het spirituele en het materiële dat Tarkovsky in zijn films probeert op te heffen.

Zizek gaat in op Kant die een onderscheid maakte tussen een negatief oordeel en een onvoltooid (indefinite) oordeel en concludeert dat het gebruiken van voltooide begrippen als moderniteit de status quo bevestigen. In politieke zin verwerpt hij het denken in identiteitspolitiek, omdat de getolereerde verschillen geen openheid bieden tot meer vrijheid. De maatschappelijke strijd kan alleen gevoerd worden als men een standpunt heeft ingenomen.

Alsof het nog niet genoeg is gaat Zizek in op de functie van het superego in de moderne maatschappij. Dat geeft de moderne mens, anders dan zijn voorganger die zich diende te beperken, de mogelijkheid om van de overvloed te genieten. De moderne mens voelt zich zelfs schuldig als hij dat niet doet. Echter, werkelijke vrijheid bestaat in het vrijwillig afstand nemen van de dwang tot consumeren. De utopie gaat niet meer, zoals in de  tijd van Plato of More over een schets van de ideale samenleving, noch in kapitalistische zin over het bevredigen van steeds weer nieuwe behoeften, maar over de innerlijke noodzaak om elke dag weer te doen wat men moet doen. Het onmogelijke waarmaken doet denken aan de stelling in de documentaire Back to Utopia, dat de utopie vooral een geestesgesteldheid is waarin men alles op alles zet om onrecht te verminderen. 

Hier, om te controleren of ik zijn ideeën goed heb weergegeven, het hele college van Zizek, hier mijn verslag van de lezing The courage of the hopelessness van Zizek. Afgelopen voorjaar in de Westerkerk, hier mijn bespreking van Back to Utopia.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten