Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zondag 9 juli 2017

Het Filosofisch Kwintet over democratie en propaganda, 9 juli 2017


Meningsvorming essentieel voor democratisch proces

Vanuit de Gerardus Majella kerk in Amsterdam Oost praat Clairy Polak over democratie en propaganda met schrijver Ian Buruma, psycholoog en filosoof Kees Kraaijeveld, filosofe Daan Roovers en politicoloog Jaron Harambam (zie foto). Een van de kwesties die aan de orde komen is hoe om te gaan met nepnieuws.

Polak komt met het voorbeeld van de oorlog in Irak in 2003. Achteraf bleek de Westerse bevolking erin geluisd. Het besluit tot de oorlog werd genomen op grond van misleidende informatie. Saddam Hoessein bleek geen massavernietigingswapens te hebben en ondersteunde evenmin het terrorisme.
Buruma zegt dat de leugens niet moeilijk te doorzien waren. Harambam zegt dat de misleiding ervoor zorgde dat men ging nadenken over andere complotten. Roovers stelt dat het naïef is om te denken dat zoiets niet zou kunnen gebeuren. Machthebbers nemen graag een loopje met de waarheid. Kraaijeveld zegt dat veel informatie niet bedoeld is om waarheid te verspreiden maar om iets voor elkaar te krijgen, bijvoorbeeld om oorlog te kunnen voeren in Irak. Mensen luisteren graag naar verhalen, die echter leugens kunnen bevatten. Feiten zijn belangrijk in een democratie.

Polak vraagt of een onderscheid moet worden gemaakt voor propaganda door een regering en een politieke partij of een bedrijf.
Buruma stelt dat een politieke partij een boodschap wil uitdragen en haar programma aan de man wil brengen. Een regering heeft minder mogelijkheden de werkelijkheid een draai te geven, al doet Trump alsof het hem niet kan schelen of iets waar is. Kraaijeveld gaat in op propaganda op het gebied van vaccinatie en biotechnologie. Hij wil de controlefunctie van de journalistiek nieuw leven inblazen. Roovers begint over voorlichters van de overheid die een beleid proberen te verkopen. Harambam stelt dat overheidsinformatie niet neutraal is. Voorlichters zijn propagandisten. Geopolitieke motieven spelen mee. Duidelijkheid over de ideologische kaders is geboden.

Polak neemt aan dat de door de overheid ingestelde adviesraden en kennisinstituten toch wel onafhankelijk zijn.
Harambam blijft erbij dat kennis nooit neutraal is. Buruma en Kraaijeveld vinden dat daar wel iets op af te dingen valt. Kraaijeveld vindt dat we kennisinstituten moeten kunnen vertrouwen. Rovers zegt daarover dat we kennis moeten relateren aan belangen maar die daartoe niet moeten reduceren. Harambam vindt de tegenstelling tussen absolute waarheid en relativisme vals. Daartussen bestaan vele vragen. Zelfs de New York Times gaat naar aanleiding van de botsing met Trump de eigen waarheden nog eens tegen het licht houden. Kraaijeveld zegt dat het geloof in het relativisme het einde van de feiten zou betekenen. Roovers vindt onverschilligheid een groter probleem dan het relativisme. In de politiek gaat het niet om de feiten maar om het oordeel daarover.

Polak stapt over op het internet en vraagt zich af hoe men weet dat nieuws betrouwbaar is in een wereld met vele parallelle circuits.
Buruma is niet pessimistisch over het internet. Straks zijn daarop misschien ook wel redacteuren te vinden. Kraaijeveld zegt dat internet in de kinderschoenen staat en straks haar kinderziektes overleefd zal hebben. Nieuwe vertrouwensstructuren zijn noodzakelijk, want anders is men stuurloos. Roovers vraagt aandacht voor het belang van meningen. Ze vindt het gevaar van manipulatie groter dan de overvloed aan meningen. Ook Harambam ziet niet zo duidelijk het gevaar van internet. Vroeger hoorde men dezelfde geluiden toen kranten en televisie verschenen. Internet biedt de mogelijkheid om buiten de eigen kring rond te kijken.

Polak vraagt echter of internet nog in de hand te houden is.
Kraaijeveld merkt snedig op dat dit soort termen niet bij internet past. Het is van belang de eigen positie te kennen. In zijn artikel We zijn de waarheid uit het oog verloren (de Volkskrant, 8 oktober 2016) gaat hij in op de waarde van de waarheid. Roovers vindt de meningsvorming belangrijker dan de meningsuiting. Als kinderen het Jeugdjournaal ontgroeid zijn, zijn ze moeilijk nog te vinden. Harambam stelt dat er meerdere waarheden kunnen zijn en dat er op school aandacht besteed moet worden aan meningsvorming. In dat laatste kan iedereen zich vinden.

Hier mijn verslag van de eerste uitzending over democratie en identiteitspolitiek.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten