Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



maandag 6 juni 2011

David Pefko over Het voorseizoen, VPRO-boeken 5 juni 2011


Wim Brands begint in deze laatste reguliere uitzending van dit seizoen over de half Griekse achtergrond van David Pefko. Omdat hij een Griekse vader heeft, kwam hij in zijn jeugd al vaak in Griekenland. Hij woonde tussen 2007 en 2009 nabij Athene en schreef daar twee romans: Levi Andreas (zie voor mijn bespreking 13 maart op dit blog) en Het voorseizoen. Over zijn debuutroman zegt hij dat die uit twee verhalen bestaat die hij heeft samengevoegd, maar Brands gaat daar niet op in. Hij vraagt dieper naar de reden waarom Pefko Amsterdam inruilde voor Griekenland, maar Pefko geeft daarop geen duidelijker antwoord dan dat hij de hoofdstad beu was, dat hij het allemaal wel kende en gezien had. Hij verbleef in Griekenland bij familie, deed eerst een jaar niets en toen zijn geld op was ging hij aan het werk. Hij was niet serieus met een roman bezig, maar terwijl hij noodgedwongen binnen zat omdat het – heel bijzonder voor het Griekse klimaat - buiten sneeuwde lukte het opeens.

Als vanzelf komt hij op Het voorseizoen, dat over een Engelse politieman Steve Mellors uit Leicester gaat, die na zijn echtscheiding aan lager wal raakt. Pefko kwam op het thema voor dit boek toen hij in de meimaand, in het voorseizoen dus, op Kos als ober werkte, nadat hij voor de functie als gastheer gezakt was, omdat hij niet grappig kon zijn. Op Kos wonen veel Engelsen, zo schrijft Pefko ook in zijn boek, die in hun eigen land iets misdaan hebben en zich daar niet meer kunnen vertonen. In een bar zag hij Steve, die ook werkelijk zo heette en die de hoofdpersoon werd in zijn boek. Steve was een grote dikke kale man uit Leicester in een bermuda en een voetbalshirt, hoewel hij niet veel om de voetbalwedstrijden gaf die die maand vaak in de bar op de televisie werden uitgezonden. Hij dronk liever bier en praatte met zijn vrienden. Pefko heeft hem zelf nooit gesproken maar luisterde naar de gesprekken over moestuinen en de criminele wereld en kwam zo aan materiaal voor zijn boek.   

Brands begint over de film Taxi Driver waar vaak in het boek aan gerefereerd wordt. Pefko zegt dat hij die film zeven of acht keer heeft gezien en dat de belevenissen van taxichauffeur Travis Bickle, die net als Steve Mellors een hoertje redt, heel mooi in zijn verhaal pasten.

‘Waarom neem je eenzame dwaas als Mellors als hoofdpersoon?’ vraagt Brands.
Pefko vond het interessant iemand te beschrijven die mislukt. Dat was een thema dat hem wel lag. Hij had het al in zijn hoofd een roman te schrijven over een man die aan de gewone, geaccepteerde lusten van het leven verslaafd is: drank, eten en (internet)seks.

Brands onderkent dat Mellors geen onaardige man is, dat hij geen kwaad in de zin heeft maar wel erg eenzaam is.

Pefko zegt dat zo’n man, die het goede wil maar het verkeerde doet, nog niet vaak beschreven is.

Brands gaat door op het prototype van de eenzame loser, die gemakkelijk radeloos kan worden en gekke dingen kan gaan doen zoals de schutter in Alphen aan de Rijn.

Pefko ziet dat minder somber in. Hij denkt niet dat Steve voor zijn opvattingen wil sterven en heeft de hoop dat het goed met hem komt.

‘Was je wel eens bang, terwijl je het boek schreef?’ vraagt Brands. ‘Nee, nooit,’ zegt Pefko. Het is ook een rare vraag, voortkomend uit de veel te sterke nadruk op de wanhopige loser. Steve Mellors is eerder een vadsige man die door zijn advocaat naar Kos is gestuurd om verdere problemen in Engeland te voorkomen. Op Kos legt hij een moestuin aan en neemt een straatkatje bij zich in huis.




   
  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten