Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zondag 9 augustus 2015

Het Filosofisch Kwintet over gelijkwaardigheid, Bimhuis, Amsterdam, 9 augustus 2015



Gelijkwaardigheid kan niet bestaan binnen natiestaten die zich afschermen van anderen

De menselijke gelijkwaardigheid is een van de vijf duurzame menselijke waarden, zoals vastgesteld door een groep filosofen en dit seizoen besproken door Het Filosofisch Kwintet. Gasten zijn dit keer politiek filosofe Tamar de Waal (zie foto), publicist Paul Scheffer en historicus en journalist Rutger van der Hoeven.

Clairy Polak leidt het onderwerp in met een vraag over de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, die door bijna alle landen onderschreven is. Geldt die voor iedereen?
De Waal zegt dat de Verklaring niets betekent zolang de rechten niet vastgelegd zijn in burgerrechten en staatsburgerschap. Tegenwoordig geldt daarom eerder een geboorteloterij. Bootvluchtelingen bijvoorbeeld kunnen naar zorg fluiten.
Volgens Van der Hoeven is het een Westers concept dat moralistisch wordt ingezet en een cultureel politieke achtergrond heeft.
Scheffer gaat in op het verschil tussen het juridische begrip gelijkheid en het normatieve begrip gelijkwaardigheid. Deze staan soms haaks op elkaar, bijvoorbeeld bij homorechten.
Ad Verbrugge komt daardoor op het verschil tussen mens en burger. De volkssoevereiniteit die na de Franse Revolutie uitgedragen werd, werd in de praktijk door de nationale identiteit begrensd. Vandaar dat na de Tweede Wereldoorlog de mensenrechten meer op de voorgrond kwamen.

Polak wil de meningen horen over de praktijk waarmee het bedroevend slecht gesteld is.
Van der Hoeven stelt dat er een discrepantie is tussen de opeisbare rechten van mensen en rechteloze anderen, zoals bootvluchtelingen.
Scheffer vraagt zich af of we de hoge normen in de eigen samenleving wel kunnen laten gelden voor andere samenlevingen: we drijven handel met Saoedie Arabië en keuren de staatsgreep in Egypte goed.
De Waal ziet hierin een spiegel om na te denken over onze eigen opvattingen. Hobbes ging al uit van gelijkwaardigheid maar koppelde dat meteen aan burgerschap, waardoor een Januskop ontstond die zacht was naar binnen en hard naar buiten.

Er lijkt een twistgesprek te ontstaan tussen haar en Scheffer over de negatieve dan wel positieve aard van de huidige migratie die door Polak wordt afgekapt. Ze gaat terug naar het onderwerp en wil weten of grenzen nog wel van belang zijn.
Van der Hoeven stelt dat de huidige politieke grenzen vooral bedoeld zijn de eigen levensstijl te beschermen.
Scheffer stelt dat grenzen in historisch opzicht al wisselden en dat de hoge grenzen rond Europa het resultaat zijn van onze, in vergelijking met de Verenigde Staten en Australië, hoog ontwikkelde verzorgingsstaat.
Verbrugge stelt dat de natiestaat de grenzen duidelijk markeerde.

Dit brengt Polak tot de vraag of de natiestaat dan niet beter kan ophouden te bestaan.
In plaats dat deze vraag volmondig te beantwoorden en te zoeken naar andere modellen dan het nationalisme - zoals eerder wel gebeurde tijdens andere uitzendingen van Het Filosofisch Kwintet - , zegt De Waal dat dit niet hoeft en dat men ook de portemonnee kan trekken als men de grenzen niet wil openstellen. Volgens Van der Hoeven laat de waardigheid van de mens in economisch opzicht te wensen overlaat. Velen zoals Al Qaida en Russen voelen zich vernederd. Scheffer dreigt weer terecht te komen in een twistgesprek met De Waal over de maakbaarheid van onze samenleving en de hoop de welvaartskloof zal afnemen, waarop Polak overgaat van wereld - naar microniveau.

Ze brengt een vluchteling in die zojuist naar Amsterdam gekomen is en vraagt haar gasten of die zonder paspoort meteen gelijkwaardig is.
De Waal zegt dat dit afhangt van de achtergrond van de vluchteling. Er zijn personen die door de immigratiedienst zijn afgewezen maar die niet kunnen worden uitgezet en toch op een zeker moment als burger moeten kunnen participeren, willen wij onze moraal niet ten grabbel gooien.
Volgens Verbrugge zijn burgerrechten altijd een geschenk.
Scheffer zegt dat tegenwoordig na vijf jaar het staatsburgerschap wordt toegekend, maar vraagt meer in het algemeen of men dat kan toekennen aan iemand die niet van zins is de ander als gelijkwaardig te erkennen, zoals salafisten doen.

Polak vindt deze vraag inhoudelijk interessant. Wat is dan nog de waarde van gelijkwaardigheid?
De Waal vindt dat de vraag niet alleen op de islam van toepassing is maar een algemener gebied rond godsdienstvrijheid en persoonlijke vrijheid bestrijkt, iets waar Scheffer het mee eens is.
Volgens Van der Hoeven nemen de gevolgen van migratie met de voortschrijdende globalisering toe. Eigen ideeën moeten opnieuw weer worden bijgesteld hetgeen geen gemakkelijke zaak is.
Verbrugge vraagt zich af hoeveel moraal een samenleving aan kan die ook weer op een moraal gebaseerd is. Een aardige kluif voor filosofen lijkt me.
Volgens Scheffer kan de moraal nooit juridisch opgeëist worden. Hij komt met het voorbeeld van orthodoxe joden in Jeruzalem die een grote invloed op de samenleving uitoefenen. Veranderingen zijn niet af te dwingen maar alleen voor te leven.
De Waal schetst in navolging hiervan het voorbeeld van groepen in onze eigen samenleving die het niet zo nauw nemen met rechten van anderen en de eigen burgerij voorop stellen.
Daarop vraagt Scheffer haar naar haar opvatting over de door de overheid gepromote en door de belastingbetaler gefinancierde grotere onderwijskansen voor vrouwen.
De Waal ziet een verschil tussen promoten en uitvoeren, Van der Hoeven ziet onderwijs als een mensenrecht, Verbrugge onderkent dat de vraag scherp gesteld is. De Waal voegt daar aan toe dat landen universele waarden niet kunnen claimen. Ze geeft als voorbeeld een rechtse partij in Denemarken die zoiets doet en meteen bijval krijgt van andere partijen. Zo zegt de sociaal democratie daar tegenwoordig dat men een Deense opvoeding moet hebben gehad om mee te kunnen praten over de samenleving.

Dit filosofische onderwerp afsluitend zegt Verbrugge dat mensenrechten nooit genoeg waarborgen aan individuen en minderheidsgroepen bieden, maar dat die door culturele instellingen gecultiveerd dient te worden. Scheffer sputtert na over de geboekte morele vooruitgang, maar volgens Polak was dat niet het onderwerp. Ze weet zich nog net te bedwingen om hem niet te vragen naar zijn standpunt over de gelijkwaardigheid tussen mens en dier. Ook een aardig onderwerp trouwens.  

Hier meer informatie op Facebook, hier mijn bespreking van de uitzending van Het Filosofisch Kwintet over Identiteit en Europa (2013).
   
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten